Vechtstromen investeert verder in een duurzame zoetwatervoorziening

Gepubliceerd op 8 november 2021

Er wordt de komende zes jaar in de Regio Oost 200 miljoen geïnvesteerd  om beter weerbaar te worden tegen watertekort en extreem weer. Het Nationale Deltaprogramma (waterprogramma van het Rijk om Nederland voor te bereiden op de klimaatwijzigingen) draagt daar 50 miljoen euro aan bij en de partijen binnen de regio leggen zelf 150 miljoen euro in. Dit is vastgelegd in de bestuursovereenkomst die afgelopen donderdag door maar liefst 67 partijen is getekend. De overeenkomst is een logisch vervolg op de eerste fase (2016-2021), waar voor 116 miljoen euro geïnvesteerd is in maatregelen zoals beekherstel, het afkoppelen (het apart inzamelen van regenwater zodat dit niet meer op het vuilwaterriool wordt geloosd) van hemelwater (regen en sneeuw), verbeteren van de bodemvruchtbaarheid en het verminderen van de ontwatering.

Zoetwatervoorziening onmisbaar

Namens waterschap Vechtstromen heeft Dagelijks Bestuurslid Nettie Aarnink haar handtekening gezet: “Iedereen is zich inmiddels bewust dat ons klimaat verandert. Het wordt ‘s zomers warmer en droger. Beken en andere waterlopen vallen vaker droog en dalende grondwaterstanden komen vaker voor. Het wordt bovendien niet alleen droger maar ook zullen heftige (regen)buien in de zomer vaker voorkomen. Die buien kunnen wateroverlast geven. Langere en hevigere perioden van droogte leiden tot schade aan bijvoorbeeld landbouw, landschap en natuur. Dat willen we natuurlijk zoveel mogelijk voorkomen en daarom moet door alle partners effectieve maatregelen genomen worden die de schade beperken. De afgelopen jaren was Vechtstromen ook al een van de vele partners in het regionale zoetwaterprogramma ‘ZON’, maar deze periode van 6 jaar doen we er een tandje bij; het is nodig.”

Nettie Aarnink is blij met de nieuwe impuls: “Het beheergebied van Vechtstromen ligt op hoge zandgronden. Dat betekent dat in droge tijden wateraanvoer in een groot deel van het gebied lastig is of zelfs onmogelijk. Daarom is het noodzakelijk om zo hoog mogelijk in het systeem te beginnen met maatregelen (om water vast te houden), zodat ook de lagere gebieden daar profijt van hebben. Hoog beginnen is laat winnen! Zoveel mogelijk water vasthouden op de plek waar het valt om zo over voldoende water te beschikken in perioden dat het langdurig niet regent. Maar we moeten ook naar de andere kant van de medaille kijken en er tevens voor zorgen dat het gebied bij extreme buien niet te vaak overstroomt. De maatregelen die we bij Vechtstromen nemen zijn in deze fase van het project ook meer gebiedsgericht van karakter. We willen intensiever aan de slag in de kleine bovenloopjes van ons watersysteem, ‘in de haarvaten’. Die zijn voor een deel in beheer bij het waterschap, maar ook bij natuur- en terreinbeheerders, boeren en andere particulieren. Dat vraagt dus om een gebiedsgerichte aanpak.”

Symposium

Tijdens het symposium op 4 november werd gesproken over de noodzaak om te blijven investeren in de beschikbaarheid van voldoende zoet water. Die beschikbaarheid staat onder druk. 2018, 2019 en 2020 waren drie opeenvolgende extreem droge jaren waarin we de watertekorten aan den lijve hebben ondervonden.  Met het ZON-programma komen provincies, waterschappen, gemeenten, LTO (land en tuinbouw organisatie), natuurorganisaties en drinkwatermaatschappijen samen in actie om te bouwen aan een klimaatrobuust watersysteem dat beter is voorbereid op weersextremen en waarin watertekorten zoveel mogelijk worden voorkomen. Naast DB lid Nettie Aarnink waren namens Vechtstromen ook enkele Algemeen Bestuursleden aanwezig.