Waterkwaliteit onder druk


Onze waterlopen kennen een rijke waterflora en –fauna. Waterschappen zijn verantwoordelijk voor het behoud en herstel van deze biodiversiteit. Tegelijkertijd moeten de waterlopen voldoende water kunnen afvoeren en, waar dit mogelijk is, ook kunnen aanvoeren. Deze aan- en afvoerfunctie van water door de waterlopen staat regelmatig op gespannen voet met de meer natuurlijke inrichting en het beheer, die vanuit het oogpunt van biodiversiteit gewenst zijn.

Naast de ecologische kwaliteit staat ook de chemische kwaliteit van onze waterlopen onder druk. Denk aan de aanwezigheid van gifstoffen, medicijnresten en zware metalen. Zo bedreigen emissies vanuit rioolwaterzuiveringsinstallaties, industrie, verkeer en landbouw de kwaliteit van het water. Ook zitten er nog te veel nutriënten (voedingsstoffen voor planten, veelal stikstof en fosfaat) in ons water. Deze zijn afkomstig van rioolwaterzuiveringsinstallaties, aanvoer uit Duitsland en de landbouw.

Microverontreinigingen in afvalwater vormen een steeds groter probleem, dat we met onze huidige rioolwaterzuiveringen vaak nog niet kunnen oplossen. Denk aan medicijnresten, microplastics (microscopisch kleine plasticdeeltjes) en PFAS. Door de klimaatverandering wordt dit probleem alleen maar groter. In droge perioden neemt door geringe verdunning de concentratie van vervuiling in ons oppervlaktewater alleen maar toe. Met hevige neerslag gaan overstorten vaker in werking en werken de rioolwaterzuiveringen minder effectief. Bovendien bedreigt deze vervuiling op langere termijn ons grondwater en daarmee ons drinkwater.